Antidepressiva op basis van paroxetine werken niet bij kinderen en adolescenten. Integendeel, het kan ernstige nevenwerkingen opwekken, zoals gedachten aan en pogingen tot zelfdodingen. Dat schrijft het gereputeerde medische vakblad The BMJ op basis van heranalyse van onderzoeksgegevens uit de jaren 90. Eens te meer toont dit aan hoe belangrijk het is dat onafhankelijke onderzoekers toegang hebben tot alle onderzoeksdata.
Veel persaandacht de voorbije weken voor het gebruik van paroxetine, een selectieve serotonine-heropnameremmer, als antidepressivum bij adolescenten. Aanleiding is de publicatie op de website van The BMJ van een heranalyse van een studie met paroxetine bij adolescenten met depressie. De originele studie was gesponsord door de firma verantwoordelijk voor paroxetine, en werd oorspronkelijk gepubliceerd in 2001.
In tegenstelling tot de originele publicatie toont de heranalyse geen gunstig therapeutisch effect van paroxetine ten opzichte van placebo, en is er een verhoogd risico van ernstige psychiatrische effecten (o.a. zelfmoordgedachten). Hetzelfde geldt trouwens voor imipramine dat eveneens in de studie werd onderzocht.
De resultaten van deze studie waren reeds van bij de oorspronkelijke publicatie onderwerp van discussie, en gedurende meerdere jaren werd er voor gepleit – zonder succes evenwel - om de oorspronkelijke publicatie in te trekken. De heranalyse gebeurde door een onafhankelijk onderzoeksteam dat bij de firma voor het vrijgeven van alle studiegegevens had gepleit. Het transparanter maken van gegevens van klinische studies wordt reeds gedurende jaren bepleit door meerdere onderzoeksgroepen.
De resultaten van de heranalyse van deze studie, na het bestuderen van alle studiegegevens, bewijzen hoe belangrijk het is dat onderzoekers volledige toegang moeten hebben tot alle studiedata. De wereldwijde AllTrial campagne, (www.alltrials.net), vraagt om dit afdwingbaar te maken, uit respect voor de wetenschap maar ook voor de patiënten die vrijwillig deelnamen aan die studies.
Bronnen: De Standaard, BCFI - Goed om weten, the BMJ-site